Door Arnold Vosters, directeur Stichting Sint Joris
Op de eerste plaats is omtrent het wonen, het welzijn en de zorg op het platteland een uitsplitsing op basis van complexiteit nodig waarbij hoog complexe, specialistische zorg overgelaten moet worden aan de specialisten. Ik denk niet dat Sint Joris de pretentie moet hebben om bijvoorbeeld de complexe revalidatie of de acute psychiatrische zorg in Oirschot te gaan doen.

Belangrijke voorwaarden daarbij zijn:
- Er moet voldoende vraag zijn voor een kleinschalige voorziening van 2 keer 8 cliënten.
Clustering van doelgroepen in samenwerking met o.a. de verstandelijk gehandicaptenzorg. - Samenbrengen van functies waarbij de zorg thuis (Awbz en Wmo) onderdeel uitmaakt van de kleinschalige voorziening.
- Inzet van domotica (elektronische hulpmiddelen) en samenwerking tijdens onrendabele uren zoals nachtzorg.
- Zorgtrajectbegeleiding, ketenzorg.
- Meer differentiatie in functies van medewerkers, waarbij ook arbeidsgehandicapten (o.a. wajongers) een kans krijgen.
Als we willen samenwerken, als geld niet de enige drijfveer is en als kwaliteit het belangrijkste uitgangspunt is, dan is Sint Joris er van overtuigd dat we ook op het platteland hoogwaardige zorg en dienstverlening kunnen bieden. Waarbij de sociale cohesie toeneemt en mantelzorg en vrijwilligerswerk meer vanzelfsprekend zijn. Een mooi voorbeeld vind ik de Zorgcoöperatie in Hoogeloon die nu ook samen met Sint Joris en Lunetzorg een kleinschalige voorziening wil gaan ontwikkelen in Hoogeloon.
Er zijn dus nog heel veel uitdagingen voor beleidsmakers binnen wonen, zorg en welzijnsorganisaties en uiteraard zal ook de gemeentelijke, provinciale en landelijke overheden hier een steentje aan bij moeten dragen, waarbij een nauwe samenwerking met de gemeentelijke overheid een must is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten