donderdag 9 januari 2014

Decentralisaties vragen om andere vormen van organiseren

DECENTRALISATIE IS ORGANISEREN VAN BETROKKENHEID
Raf Daenen en Willem Vermeulen 08 jan 2014 0 reacties
De basisgedachte bij de decentralisatie via Wmo, CJG en Participatiewet was dat lokale betrokkenheid een beter uitgangspunt is bij de organisatie van zorg en welzijn dan één groot landelijk sjabloon. Inmiddels lijkt het vooral te gaan om minder kosten en een grotere efficiëntie.
Omdat er nauwelijks of geen gelegenheid wordt geboden om daadwerkelijk vanuit de gedachte van betrokkenheid zaken op te gaan zetten en ervaring op te doen, gaan we op oude voet verder, maar dan decentraal. Met andesre woorden: wat altijd al mis ging op landelijk niveau dreigt nu weer mis te gaan, maar dan op lokaal niveau. De marktwerking enerzijds en de aanbestedingsbureaucratie anderzijds blijven onverminderd de output van zorg en welzijn bepalen.

Vanaf het Rapport Dekker eind jaren 1980 hebben we onze deskundigheid over hoe we publieke betrokkenheid en dienstverlening goed organiseren ingeruild voor het marktprincipe van concurrentie en het principe van standaardisatie. In plaats van een positieve sturing op basis van wat nodig en goed is voor de cliënt of afnemer van diensten, wordt vooral gestuurd op het naleven van regels en contracten en het in de hand houden van de bestedingen of het maken van winst. Dat leidt tot grootschalige concurrentie tussen zorg- en welzijnsorganisaties enerzijds en anderzijds tot claimgedrag van de burger die zijn recht wil halen of behouden.

Wanneer we kiezen voor de oorspronkelijke uitgangspunten van de decentralisatie, een grotere betrokkenheid, zelfstandigheid en positieve participatie aan de maatschappij, dan moeten we het lef hebben om vanuit andere organisatieprincipes en organisatievormen te werken. Professionals moeten niet worden afgerekend op formele tijdsbesteding of het enkel volgen van protocollen, en cliënten niet op het voldoen aan formele criteria of het correct invullen van formulieren. Juist de positieve energie en aandacht hoort centraal te staan. Het gaat niet om de efficiency of winst van de organisatie, maar om de betrokkenheid van dienstverleners die hun cliënten zien, kennen en weten te inspireren. Dat wordt vaak beter gerealiseerd in kleinschalige multidisciplinaire verantwoordelijke teams waarin medewerkers uit verschillende disciplines er samen werk van willen en kunnen maken.

Willen we echt dat ouders gesteund worden in de opvoeding van hun kinderen, dat ouderen zelfstandig kunnen blijven wonen, of dat personen met geestelijke of fysieke beperkingen meedoen naar vermogen? Dan moeten we de weg durven kiezen naar een nieuw soort maatschappelijk organiseren. Een organiseren dat is gebaseerd op psychologische en pedagogische uitgangspunten met betrekking tot bevestiging, groei, betrokkenheid en voorbeeldgedrag. Deze organisatie moet aansluiten op de leefwereld van mensen.

Decentralisatie kan slechts een succes worden als de vermarkte mammoetorganisaties van zorg en welzijn worden ontbonden. Dan kan opnieuw worden begonnen met werken vanuit buurt- of wijkteams, waarbij kennis over de sociale omgeving en betrokkenheid met de mensen waar het om gaat voorop staat. Een verbreding van het concept buurtzorg in ontwikkeling, maar dan met een multidisciplinaire invalshoek, komt in de buurt. Buurtzorg streeft naar zorgverlening aan huis door hoog opgeleide wijkverpleegkundigen en wijkziekenverzorgenden in kleine autonome teams. Het oplossend vermogen en de professionaliteit van medewerkers wordt ten volle benut..De kosten van management en overhead worden zo beperkt mogelijk gehouden. Dit idee kan in bredere kring worden uitgedragen.

Her en der zijn er vergelijkbare geluiden. Laat ons de sprong naar voren wagen, gewoon met lef vanuit de menselijke maat organiseren

Raf Daenen en Willem Vermeulen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten