vrijdag 31 januari 2014

Alles kan altijd beter: Samen ben je slimmer

Op een andere manier kijken naar problemen en uitdagingen in een dorpsgemeenschap... 25 betrokken mensen uit de Beerzen en omgeving verdiepten zich op 30 januari in een aantal maatschappelijke vraagstukken tijdens het Creative Community Café in Gasterij de Kemphaan in Middelbeers.
Tijdens de avond, begeleid door Raf Daenen en Erno Mijland, werkten de deelnemers met een variant op de zogenaamde World Café-methode. Groepen met een in drie ronden wisselende samenstelling van deelnemers met verschillende achtergronden, worden daarbij uitgedaagd met een open blik te kijken naar een vraagstuk. Eerst wordt het vraagstuk gedefinieerd, vervolgens worden zo veel mogelijk oplossingen bedacht die daarna worden aangevuld en uitgewerkt. Ten slotte worden de mooiste oplossingen gekozen en gepresenteerd. Belangrijkste regel: denk in mogelijkheden in plaats van in beperkingen. Op deze avond bleek dat met twee uurtjes hard werken door 25 mensen en twee begeleiders een mooie opbrengst van slimme oplossingen kan worden bereikt. In deze bijdrage vatten we de opbrengst samen per besproken thema.
De bereikbaarheid in de Beerzen moet beter
Het openbaar vervoer van en naar de Beerzen is er de afgelopen jaren niet beter op geworden. Tegelijkertijd constateren we dat er de hele dag door nogal wat auto's van en naar de Beerzen rijden. Openbaar vervoer is een aanbodgestuurd concept. Zouden we dat niet kunnen omdraaien naar een vraaggestuurd concept? Concreet zou dat betekenen dat mensen die afhankelijk zijn van anderen voor hun vervoer een plek zouden moeten hebben om hun reisvraag neer te leggen. De digitale wereld biedt daarvoor volop mogelijkheden. Een app waarin reisvragen en -aanbod gematcht kunnen worden zou een oplossing kunnen zijn. We denken ook aan een centraal gelegen liftersplaats, bijvoorbeeld bij het Doornboomplein, om veilig in en uit te stappen. Liften 3.0 dus, waarbij veiligheid en vertrouwen de waarden zijn waarmee we dit samen vanuit eigen kracht (van de community) gaan doen. 
De tegengestelde belangen van horeca en sportkantines
Horecagelegenheden én sportkantines hebben inkomsten nodig om te overleven. Dat kan deze voorzieningen in een concurrentiestrijd brengen, waarbij de een de ander met prijzen en openingstijden kan tegenwerken. Hoe kun je daarmee omgaan? We denken dat een onafhankelijk regisseur de partijen met elkaar in gesprek kan brengen. Zoeken naar win-win-oplossingen is dan het doel van het gesprek, vanuit een goed zicht op alle randvoorwaarden. Voor die oplossingen kunnen we ook vaker kijken naar hoe men elders te werk gaat. Belangrijk is in een kleine gemeenschap om te beseffen dat er bijna altijd van beide kanten water bij de wijn gedaan moet worden. Het gemeenschappelijk belang moet steeds helder in beeld blijven.
Middelengebruik onder jongeren in de Beerzen
De aandacht voor drank- en middelengebruik onder jongeren in de Beerzen is verslapt. Eerdere initiatieven, zoals een sessie met een ervaringsdeskundige bij Beerse Boys heeft geen vervolg gekregen. We denken dat aandacht nodig is om jongeren bewust te maken van de risico's, zonder overigens paniek te zaaien. We denken dat ouders slecht op de hoogte zijn van het drugsgebruik onder jongeren. Meer aandacht voor middelengebruik kan door een bijeenkomst te organiseren met jongeren, ouders, deskundigen, bijvoorbeeld met de methodiek die ook op deze avond is gehanteerd. Jongeren moeten zelf praten en meedenken over goede afspraken. Jongeren leren het meest van andere jongeren die slachtoffer zijn geworden. Via (sport)verenigingen liggen hier ook kansen om in gesprek te gaan. Een veilig jeugdhonk, met begeleiding van een jongerenwerker, kan ook bijdragen net als een beter zicht krijgen op wat er speelt. Frequent aandacht besteden is erg belangrijk niet alleen vanwege de kracht van herhalen, maar ook omdat telkens nieuwe generaties jongeren op het punt komen dat ze verleid worden tot drank- en drugsgebruik.
Gebrek aan starterswoningen in de Beerzen
Jongeren uit de Beerzen komen nauwelijks aan de bak als het gaat om een betaalbare woonplek. Het alternatief is dan om de Beerzen te verlaten. Dat is om verschillende reden jammer, ook in het kader van behoud van voorzieningen in de kleine kernen. We denken dat er verschillende slimme oplossingen zijn om de betaalbaarheid voor jongeren van een woonplek te verbeteren. Dat gaat verder dan het werken aan de aanbodkant via flexibele inbreiding (het gebruiken van 'open plekken' binnen de bebouwde kom) en het bouwen van goedkope huur- of koopappartementen. De kunst is te denken vanuit de kostprijs in plaats van de vraag wat de koper kan betalen of lenen bij de bank centraal te stellen. Uit het verleden en uit andere plekken in Nederland kennen we slimme constructies, zoals HAT-woningen, duokoop (met een erfpachtconstructie; in Brabant niet een veelgebruikte toepassing), 'slimmer kopen' (kopen met subsidie, waarbij een deel van de subsidie bij verkoop terugvloeit in de woning zodat deze betaalbaar blijft) en werken met een bouwfonds. Dat laatste is op dit moment mogelijk niet haalbaar: vroeger verkocht Bouwfonds Zuid-Nederland huizen in samenwerking met de gemeenten (win-win) en werden hypotheken verstrekt door Hypotheek Fonds Nederlandse Gemeenten (win-win). Er zijn ook ideeën om de verplichte pensioenpremies voor jongeren deels vrij te maken voor investering in een koopwoning. We zouden de verschillende mogelijkheden duidelijker in beeld moeten brengen en samen met de doelgroep en betrokken partijen, zoals de gemeente, woningbouwcorporatie, ondernemers in de bouw en makelaars een krachtig plan moeten uitwerken.
Geen eigen plek voor de jeugd van 14-18 jaar
Voor jongeren van 14-18 jaar is geen eigen plek in de Beerzen. Enkele jaren geleden was er nog de jongerenbus, maar die bestaat niet meer. Ook de activiteiten van een jongerenwerkgroep zijn gestaakt. We denken dat jongeren meer te doen willen hebben in de eigen omgeving. Als inderdaad blijkt dat die behoefte er is, zouden we nu het ijzer moeten smeden omdat er een kans ligt in het voormalig bibliotheekgebouw. Qua ligging (tussen Oostelbeers en Middelbeers) en qua voorzieningen (sport en cultuur) een prima plek. We willen jongeren uit deze doelgroep bij elkaar brengen om ze mee te laten denken en mee laten werken aan het realiseren van een eigen honk, waarbij eigenaarschap een belangrijk uitgangspunt zou moeten zijn.
Speld
Er werd twee uur lang erg hard gewerkt in De Kemphaan door alle deelnemers. Tijdens het uitvoeren van de opdracht om individueel een aantal gedachten bij het eigen onderwerp op te schrijven kon je een speld horen vallen, tijdens de gezamenlijke brainstorms was iedereen actief betrokken. Deelnemers maakten actief gebruik van grote vellen papier om hun gedachten in beeld te brengen. Wie nog niet eerder met de werkvorm kennis had gemaakt, vertelde na afloop aangenaam verrast te zijn door wat de avond – in relatief weinig tijd – had opgebracht. Vooral het bij elkaar brengen van mensen met verschillende achtergronden droeg volgens de deelnemers bij aan het succes. 
En nu... verder
Mooi, al die ideeën, maar hoe zorgen we ervoor dat ze (voor een deel) ook uitgewerkt en uitgevoerd gaan worden. De initiatiefnemers van de avond, naast Raf en Erno zijn dat Frans Verouden en Ad Aben, willen graag helpen bij het verbinden van deelnemers


maandag 20 januari 2014

Jeroen Dijsselbloem geeft politiek advies bij talkshow Beers’ Gebuurt

Video opname politiek advies Jeroen dijsselbloem aan jonge politici

ED 20 januari 2014

door Joep School MIDDELBEERS – „Ga niet mee in de stroom aan gemeentedocumenten en -stukken, dan word je nooit een opvallend gemeenteraadslid.” Het is het belangrijkste advies dat minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem gaf aan Willem Valks (22, CDA), Jan Daenen (18, PvdA), Ranou Hems (20, De Gewone Man) en Claud Leermakers (21, VVD) – vier jonge kandidaten voor de Oirschotse gemeenteraad.
De bijzonder ontspannen Dijsselbloem was gisteren te gast in de derde editie van Beers’ Gebuurt, een vrolijke talkshow die werd gehouden in ontmoetingscentrum Ons Mevrouw in Middelbeers.
Met blosjes op de wangen horen de jonge politici de verhalen van Dijsselbloem, oud-Eindhovenaar, aan.
„Uiteindelijk wil ik niet de landelijke politiek in, maar je kan wel heel veel leren van zo iemand”, zegt de twintigjarige Hems. „Ik was niet extra gespannen, ik moest toch al voor zo’n driehonderd man praten, dat was al spannend genoeg op zichzelf.” Het is inderdaad afgeladen vol in het zaaltje van het ontmoetingscentrum. Dijsselbloem weet de lachers op zijn hand te krijgen door op de vraag hoe zijn werkweek eruit had gezien te antwoorden: „Singapore, Hongkong, Japan en nu dus ook de Beerzen.”
De aanwezigheid van Dijsselbloem is vooral te danken aan PvdA-raadslid Raf Daenen, die door Dijsselbloem zelfs grappend ‘zijn mentor’ wordt genoemd.
„We zijn heel verschillend van aard, maar we kunnen het op een aantal politieke en persoonlijke gronden goed met elkaar vinden”, zegt hij. Samen sparren ze af en toe over politieke onderwerpen.
Het politieke bloed stroomt door de aderen van de familie Daenen, want ook zoon Jan hield – net als de andere jonge kandidaten – een korte politieke pitch.
Buitengewoon plezierig zijn de muzikale intermezzo’s van het bandje This She Likes, onder leiding van de Middelbeerse Susanne van den Heuvel (25). Een feest der herkenning voor de aanwezige Beerze- en Oirschottenaren, want ook andere – bekende en minder bekende – dorpsgenoten, waaronder ex-beachvolleybalster Sophie van Gestel, geven acte de présence.
En Dijsselbloem? Die zet meteen na de talkshow per dienstauto weer snel koers richting Den Haag. „Dit is erg leuk om een keer te doen. Maar ja, ik heb het wel behoorlijk druk hè.”

donderdag 16 januari 2014

Start campagne: ervaring en verjonging samen bij PvdA


Middelbeers – Raf Daenen en Afra Pronk blijven als nummers één en twee de Oirschotse PvdA kieslijst aanvoeren voor de komende gemeenteraadsverkiezingen op 19 maart 2014. Dat werd bekendgemaakt tijdens een bijeenkomst op donderdagavond 19 december in café De Kemphaan. Beiden zijn al vele jaren actief als gemeenteraadsleden en bezetten nu ook de twee PvdA zetels in de Oirschotse gemeenteraad. Daenen was in de vorige raadsperiode wethouder. Voor de komende periode is hij daarvoor eventueel weer beschikbaar. Daenen is naast zijn werk als gemeenteraadslid docent Maatschappelijke Ontwikkeling, Beleid en Organisatie en regionaal onderhandelaar voor MBO/HBO namens Abvakabo. Hij woont in Westelbeers. Pronk komt uit Oirschot. Opvallende nieuwkomers op de lijst zijn Corné Lathouwers (nummer 3), oud-voorzitter van Dorpsraad Oostelbeers en Middelbeerzenaar Harrie van Hoof. Deze lijstduwer is vooral bekend als muzikant en cultureel kartrekker in de Beerzen. Ook staan er opvallend veel dertigminners op de lijst, zoals Thomas Rooijakkers uit Oostelbeers (nummer 4), Pieter van Loon uit Oirschot (8) en Ward Pasmans (9) en Jan Daenen (10) uit Westelbeers. PvdA Oirschot wist in de afgelopen periode een ledengroei van 25 procent te realiseren. Reden voor Hans Spekman, landelijk PvdA voorzitter, om komend voorjaar naar Oirschot af te reizen om op taart te trakteren.
PvdA Sterker en socialer, in de volle breedte van de samenleving, fatsoen en voorbeeldgedrag moeten we doen. Iedereen heeft recht op zorg en een stevig maatschappelijk vangnet. De PvdA wil de jeugd niet belasten door rekeningen van het begrotingstekort door te schuiven naar de toekomst. In Oirschot kunnen en willen we vanuit de reserves van het woningbedrijf fors investeren in betaalbare huur- en koop woningen. Bezigheid geeft zin, wij vinden dat iedereen een bijdrage kan en mag leveren aan de samenleving. Als Pvda investeren we in een gezond verenigingsleven dat haar verantwoordelijkheid neemt. Wij investeren in Oirschotse bedrijven die werk maken van vernieuwing en we willen mensen met eigenaardigheden aan de slag te laten gaan, in plaats van uitbuiting van goedkope arbeiders van waar ook ter wereld.
Namens PvdA Oirschot /de Beerzen
Henk van Rees/ Raf Daenen 0646298931

donderdag 9 januari 2014

Decentralisaties vragen om andere vormen van organiseren

DECENTRALISATIE IS ORGANISEREN VAN BETROKKENHEID
Raf Daenen en Willem Vermeulen 08 jan 2014 0 reacties
De basisgedachte bij de decentralisatie via Wmo, CJG en Participatiewet was dat lokale betrokkenheid een beter uitgangspunt is bij de organisatie van zorg en welzijn dan één groot landelijk sjabloon. Inmiddels lijkt het vooral te gaan om minder kosten en een grotere efficiëntie.
Omdat er nauwelijks of geen gelegenheid wordt geboden om daadwerkelijk vanuit de gedachte van betrokkenheid zaken op te gaan zetten en ervaring op te doen, gaan we op oude voet verder, maar dan decentraal. Met andesre woorden: wat altijd al mis ging op landelijk niveau dreigt nu weer mis te gaan, maar dan op lokaal niveau. De marktwerking enerzijds en de aanbestedingsbureaucratie anderzijds blijven onverminderd de output van zorg en welzijn bepalen.

Vanaf het Rapport Dekker eind jaren 1980 hebben we onze deskundigheid over hoe we publieke betrokkenheid en dienstverlening goed organiseren ingeruild voor het marktprincipe van concurrentie en het principe van standaardisatie. In plaats van een positieve sturing op basis van wat nodig en goed is voor de cliënt of afnemer van diensten, wordt vooral gestuurd op het naleven van regels en contracten en het in de hand houden van de bestedingen of het maken van winst. Dat leidt tot grootschalige concurrentie tussen zorg- en welzijnsorganisaties enerzijds en anderzijds tot claimgedrag van de burger die zijn recht wil halen of behouden.

Wanneer we kiezen voor de oorspronkelijke uitgangspunten van de decentralisatie, een grotere betrokkenheid, zelfstandigheid en positieve participatie aan de maatschappij, dan moeten we het lef hebben om vanuit andere organisatieprincipes en organisatievormen te werken. Professionals moeten niet worden afgerekend op formele tijdsbesteding of het enkel volgen van protocollen, en cliënten niet op het voldoen aan formele criteria of het correct invullen van formulieren. Juist de positieve energie en aandacht hoort centraal te staan. Het gaat niet om de efficiency of winst van de organisatie, maar om de betrokkenheid van dienstverleners die hun cliënten zien, kennen en weten te inspireren. Dat wordt vaak beter gerealiseerd in kleinschalige multidisciplinaire verantwoordelijke teams waarin medewerkers uit verschillende disciplines er samen werk van willen en kunnen maken.

Willen we echt dat ouders gesteund worden in de opvoeding van hun kinderen, dat ouderen zelfstandig kunnen blijven wonen, of dat personen met geestelijke of fysieke beperkingen meedoen naar vermogen? Dan moeten we de weg durven kiezen naar een nieuw soort maatschappelijk organiseren. Een organiseren dat is gebaseerd op psychologische en pedagogische uitgangspunten met betrekking tot bevestiging, groei, betrokkenheid en voorbeeldgedrag. Deze organisatie moet aansluiten op de leefwereld van mensen.

Decentralisatie kan slechts een succes worden als de vermarkte mammoetorganisaties van zorg en welzijn worden ontbonden. Dan kan opnieuw worden begonnen met werken vanuit buurt- of wijkteams, waarbij kennis over de sociale omgeving en betrokkenheid met de mensen waar het om gaat voorop staat. Een verbreding van het concept buurtzorg in ontwikkeling, maar dan met een multidisciplinaire invalshoek, komt in de buurt. Buurtzorg streeft naar zorgverlening aan huis door hoog opgeleide wijkverpleegkundigen en wijkziekenverzorgenden in kleine autonome teams. Het oplossend vermogen en de professionaliteit van medewerkers wordt ten volle benut..De kosten van management en overhead worden zo beperkt mogelijk gehouden. Dit idee kan in bredere kring worden uitgedragen.

Her en der zijn er vergelijkbare geluiden. Laat ons de sprong naar voren wagen, gewoon met lef vanuit de menselijke maat organiseren

Raf Daenen en Willem Vermeulen

woensdag 8 januari 2014

Hoezo problemen met werven raadsleden

Het zou tegenwoordig lastig zijn om gemeenteraadsleden te werven. Maar in de gemeente Oirschot zie ik bij verschillende partijen nieuwe en jonge gezichten. De SP doet zelfs als 7de partij mee met een geheel nieuwe lijst. Dorps Visie zette een lespakket in waarmee 10 burgers zich konden oriënteren op de lokale politiek. Het CDA en GM hebben jonge en nieuwe kandidaten. En wij als PvdA hebben 5 jonge en 5 nieuwe bekwame kandidaat raadsleden geworven.
Dat een aantal burgers zich afkeert van de politiek komt door een gebrek aan fatsoen, door politici die niet integer zijn en door negatieve omgangsvormen. Deze factoren komen regelmatig in de publiciteit. Denk aan het signaal dat de Kamervoorzitter afgeeft als ze zegt dat ze moest wennen aan de harde omgangsvormen in de Tweede Kamer.

In Oirschot hebben we na de zeer turbulente periode die van 2006 tot 2010 duurde, vier jaar lang met vereende krachten een ander politiek klimaat gecreëerd. Vanuit de oppositie en de coalitie hebben we schoon schip gemaakt met belangenverstrengeling en geïnvesteerd in fatsoenlijke omgangsvormen bij onze raadsleden. Uitgangspunt is dat we niet op de man spelen, maar dat we het zakelijk houden en dat we een open debat voeren ten behoeve van het algemeen belang. Volgens mij is goed voorbeeldgedrag de juiste formule om als politiek te laten zien dat er belangrijke beslissingen voor de samenleving op gemeenteniveau genomen worden.

Raf Daenen Westelbeers

zaterdag 4 januari 2014

Congregatie der Beerse Academie



Op 28 december, dag der Onnozele Kinderen, kwamen leden van de Beerse academie voor hun jaarlijkse lunchbespreking bijeen.
Thema was de kracht en de samenwerking in de grote en de kleine wereld. In de grote wereld zijn tekenen van herstel zichtbaar, dus de term crisis, die onze mentale invalshoek lange tijd negatief heeft beïnvloed, kan worden geschrapt.
Intussen constateren we dat kaders uit de grote wereld hun invloed uitoefenen op de kleine wereld. Dan valt te denken aan de nog steeds doorzettende schaalvergroting, de uitvoering van de wmo, of de reductie van pgb gelden. Dit hoeft niet altijd een vloek te zijn, want het kan mensen ook bevrijden van een stigma en hen aanzetten tot constructieve activiteiten. Wel moet bij het maken van beleid het doel voorop blijven staan. Daaruit volgt de functie en dan pas de vormgeving. Soms lijkt het vooral te gaan om de vormgeving, in functie van het verborgen doel “bezuinigen”. Gemeenten moeten dan met minder middelen het rijksbeleid maar uitvoering proberen te geven.
Wel zien we dat op lokaal niveau een nieuw soort creativiteit kan ontstaan, mits er voldoende ruimte wordt geboden om de kiem van nieuwe ideeën in het gewenste tempo tot ontwikkeling te brengen. Soms moeten zaken wel heel snel worden gerealiseerd, binnen nog niet uitgekristalliseerde kaders.
Er zijn ook lokale initiatieven die potentie hebben, zoals de groene poort in Westelbeers, die recreanten de gelegenheid biedt om zich te verpozen, en die daarmee de aantrekkingskracht van de Landschotse heide vergroot. Maar ook zou het mooi zijn als deze zelfde recreanten een bijdrage leveren aan het onderhouden van de heide, door mee te doen aan een opschoondag. De gemeente kan hieraan een stimulans geven door materiaal ter beschikking te stellen, en wat bij te dragen aan een leuke afsluiting van de dag.
Ook op cultureel gebied is er het komende jaar voldoende te doen, zoals het rondtrekkend Don Quichot theater, of het dorpscafé.
Steeds is het belangrijk om op de juiste schaal zaken te regelen, en daarbij met verschillende belangen rekening te houden. De politiek moet weten wanneer ze proactief moet ingrijpen, wanneer een stimulerende rol nodig is, en wanneer zij zich terug moet trekken, omdat de kracht van de gemeenschap juist nodig is. Ook moet er op gemeenteniveau voldoende binding tussen verschillende groepen en kernen kunnen worden gerealiseerd. Hier kan de politiek aan bijdragen door groepen waar nodig bij elkaar te brengen.
De deelnemers aan de lunch hebben er in elk geval zin in en zullen de schouders er ook in 2014 weer onder zetten.