woensdag 14 november 2012

Is er veel veranderd: Samenwerken aan samenleven

In deze tijd is een modern socialisme nodig


Raf Daenen: "De oplossingsrichting is samenwerken." foto Ton van de Meulenhof

Socialisme is niet meer van deze tijd. De Partij van de Arbeid heeft het niet voor niets moeilijk. In Nederland kan iedereen voor zichzelf opkomen en dus is er geen behoefte meer aan partijen die zich hard maken voor het algemeen belang.
Klopt dat? Nou, niet echt. Er gaat nog heel wat mis in de samenleving en er zijn steeds meer mensen die het hoofd niet boven water kunnen houden of in elk geval niet volwaardig kunnen deelnemen aan de maatschappij.

Er is wel degelijk behoefte aan socialisme, maar dan wel een socialisme van deze tijd. De goede kenmerken van het socialisme van het verleden zullen dus moeten worden aangepast aan het heden.

En wat vraagt de tijd waarin we nu leven dan? In elk geval dat iedereen toegang heeft tot basisvoorzieningen als onderwijs, energie en water, zorg, vervoer, informatie. Dat klinkt logisch, maar is het nog wel zo vanzelfsprekend? In de ijver om te bezuinigen op dit soort voorzieningen, wordt veelal de marktwerking van stal gehaald. Die marktwerking kan positieve effecten hebben, maar er kleven ook risico's aan. Bijvoorbeeld het risico van verlies van professionele deskundigheid wanneer de aanbieder van thuiszorg die met de laagste offerte komt de opdracht krijgt, simpel omdat die aanbieder goedkoper is. Of het risico van het teruglopen van de kwaliteit van het onderwijs, omdat er zo hoognodig marktgericht geconcurreerd moet worden. Ook is er het risico dat diensten (informatie, energie) te duur worden, waardoor ze voor mensen met een smalle beurs nauwelijks nog te betalen zijn.

De samenleving bevindt zich op de top van de liberaliseringsgolf. Alles wordt uitgespeeld op het niveau van het individu en het incident. Het socialisme is een solidariteitsbeweging. Om het socialisme nieuw leven in te blazen, moeten er mensen opstaan die het lef hebben om de solidariteit weer centraal te stellen. Daarover wil ik de discussie aangaan. Binnen mijn eigen partij – bijvoorbeeld in het overleg dat de PvdA-wethouders in de regio eens in de drie maanden hebben – maar ook met een partij als de SP. Het is niet productief om elkaar vliegen af te vangen. De sociale kwestie en de onderliggende thema's zijn daarvoor te belangrijk.

Nijpende problemen vragen samenhangende oplossingen. Bijvoorbeeld de (dreigende) tekorten aan arbeidskrachten in onderwijs en zorg. Onvoldoende kwaliteit en capaciteit in die sectoren is daarvan het logische gevolg. Ook armoede in verschillende vormen (geen dak boven het hoofd, onvoldoende mogelijkheden om te kunnen deelnemen aan de samenleving, uitsluiting) is een probleem van deze tijd. De gevolgen daarvan zijn legio: geweld, criminaliteit, discriminatie, het gevoel van zinloosheid en zelfs fundamentalisme. Simpele oplossingen voor dergelijke problemen zijn er niet. Ik snap wel dat mensen in probleemwijken zich laten verleiden door de gemakkelijke standpunten van partijen als de PVV. Maar die bieden geen echte, samenhangende oplossingen voor uiteenlopende problemen. Wél bieden zij aan mensen die beducht zijn om overspoeld te worden door veranderingen, de kans om een 'tegenstem' uit te brengen.

Het socialisme moet weer de straat op en het gesprek aangaan met de burgers. Dat moet gebeuren zonder te vervallen in 'u vraagt, wij draaien'. Het antwoord op de problemen van deze tijd mag dan niet eenvoudig zijn, de oplossingsrichting is wél duidelijk: samenwerken. Samenwerking tussen burgers en tussen burgers en overheid.

Een overheid die burgers een belangrijke rol wil geven bij het oplossen van problemen, is er niet met het uitvaardigen van een wet die burgers daartoe verplicht. De overheid zal ook voorwaarden moeten scheppen. Op hun beurt dragen burgers niet bij aan oplossingen door voor zichzelf maximale vrijheid te wensen en vervolgens naar de overheid te wijzen wanneer er iets mis gaat.

Een modern socialisme kan de goede voorbeelden geven en juiste condities scheppen voor onderlinge samenwerking en voor optimale deelname van alle burgers aan de samenleving. De 'oude' kenmerken van het socialisme – gelijkheid, sociale rechtvaardigheid en solidariteit – passen uitstekend in de huidige tijd. Een wet als de WMO (Wet maatschappelijke ondersteuning) gedijt alleen bij zulke uitgangspunten. De WMO gaat ervan uit dat burgers voor zichzelf en elkaar zorgen en dat professionele hulp pas van toepassing is als er echt geen andere mogelijkheden zijn. Maar burgers gaan niet vanzelf voor elkaar zorgen. Daar moet de overheid hen voor uitnodigen en faciliteren.

Solidariteit en saamhorigheid zijn niet uit de samenleving verdwenen. Kijk maar eens in dorpen en stadswijken. Sportactiviteiten, verenigingsleven en de Zonnebloem draaien op vrijwilligers. Die krachten moet je aanspreken. Maar ook de politicus, de leraar, de zorgverlener en de huisarts moeten ergens voor staan. Door de bedrijfsmatige aanpak draait het tegenwoordig om productiviteit. Vijftien jaar geleden werkten in de thuiszorg teams die verantwoordelijk waren voor een dorp of een gedeelte van een stad. Toen was er betrokkenheid en bevlogenheid. In de economische processen van nu heerst een afrekencultuur. Ik wil de bevlogenheid terug. Daarvoor moeten bestuurders het gesprek aangaan met de burgers, duidelijke doelen stellen en als er afspraken gemaakt zijn ook zorgen dat die nagekomen worden. Modern socialisme mag geen nieuwe hype zijn, die weer overwaait.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten