
Wat niet van onder opgebouwd wordt maar van bovenaf doorgedrukt, kan nooit werken.
Vandaag was in het Brabantsdagblad te lezen dat er in de Mierden niet voldoende nieuwe vrijwilligers gevonden konden worden voor de Brandweer.
Regelmatig komen organisaties die draaien op vrijwilligers onder druk te staan. Anderzijds hebben we in Nederland de mond vol dat gemeenten in het Kader van de Wet Maatschappelijk Ondersteuning een steeds groter appel moeten doen op het oplossend vermogen van de gemeenschap. De logische gedachte die hier op volgt is, de mensen zelf (individualisering) zijn verantwoordelijk dat bepaalde voorzieningen niet meer in stand gehouden kunnen worden. Opgeschaling en professionalisering is dan ook een logisch gevolg.
Als we het nu eens omdraaien. Wanneer we al die onderzoekende mensen achter de bureaus in zouden zetten op de werkvloer, dan zou wat nu als bureauveiligheid wordt opgelegd, praktische doorleefde veiligheidservaring zijn,
Of het nu gaat om onderwijs, buurtzorg, maatschappelijkwerk, bibliotheken, we trappen steeds in de zelfde valkuil. We denken dat groot en professioneel onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Maar al te vaak is groot gekoppeld aan bureaucratie, onderzoek op afstand, beheersing en protocollen. Vermeende efficiëntie winst gaat gepaard met verlies aan betrokkenheid.
Ik wil pleiten voor het sturen op professionele betrokken organisaties drijvend op vrijwilligers in plaats van te sturen op gebureaucratiseerde schijn veiligheid.
Voor de brandweer in de Mierden e.a. betekend dit, burgemeesters denk niet waarom iets niet kan. Mobiliseer energie over hoe we iets wel kunnen behouden.
De kracht van de kleine betrokken gemeenschappen is de essentie van de WMO: Creatieve oplossingen niet perfect maar wel zeker zo goed.