woensdag 30 januari 2013

Hoe kunnen we zorg beter organiseren?

We horen ze dagelijks. Schrijnende verhalen over ouderen in verzorgingshuizen die de hele dag in hun pyjama op bed moeten liggen, wachtlijsten, slechte coördinatie rond medicijngebruik enzovoort.

Discussieer mee op linkin

 Het is natuurlijk niet het hele verhaal. Er zijn ook prachtvoorbeelden van hoe het wel kan in de cure en care in Nederland. Maar toch blijft het gevoel hangen: kennelijk zijn we er met al onze rijkdom, wijsheid en creativiteit niet toe in staat de zorg beter te organiseren. Ik vind dat moeilijk te accepteren.
Jarenlang is 'marktwerking in de zorg' als dé oplossing gepropageerd. In een recent artikel van Raf Daenen en Willem Vermeulen wordt deze oplossing fijntjes gefileerd. De argumenten van de auteurs zijn steekhoudend: marktwerking levert nieuwe problemen op, die ons gemakkelijk terug bij af brengen.
Een goed alternatief lees ik nog niet in het artikel. De auteurs doen een pleidooi voor meer preventie. Helemaal mee eens, maar hoe organiseer je preventie? Kun je een model bedenken waarbij 'preventie' loont? En hoe komen we af van de vraag: als iemand niet ziek wordt, hoe kan een onderneming/ondernemer in de zorg dan aan zo iemand verdienen? Er zijn nog veel meer vragen te beantwoorden. Zoals: hoe maken we de complexe zorgmarkt transparanter? En hoe vinden we een balans tussen solidariteit en keuzevrijheid als het gaat om verzekeren voor zorg?
Om een discussie hierover te faciliteren heb ik een Google Plus-community opgezet. Om hieraan mee te doen heb je een (gratis) Google-account nodig. De community heet Zorg organiseren. Je kunt je hiervoor aanmelden om mee te discussiëren.

Het artikel van Raf Daenen en Willem Vermeulen kun je hier downloaden als pdf.
Beiden tevens auteurs van boek Perspectief op een maatschappij in crisis, http://rafdaenen.blogspot.nl/2011/12/boek-recensie-perspectief-op-een.html

zaterdag 19 januari 2013

Plasterk het moest niet mogelijk zijn!


 Over fatsoen, decentralisatie en de opschalingsmanie, Leren ze het in den Haag nooit
 
Afgelopen week was er in den Haag een grote politieke meerderheid voorstander voor het weer opsplitsen van 2 mega scholen in Rotterdam. Mijn gedachte, eindelijk gebruiken ze hun verstand daar eens in den Haag.
Als we iets hadden moeten leren van problemen met ambities van bestuurders in zorg (investeerders azen op ziekenhuizen in problemen), onderwijs (In-Holland, Amarantis), Woningcorporaties (Vestia, laurentius) en  gemeenten (grondbedrijf Rotterdam e.a) is, dat grootschaligheid leid tot grootheidswaanzin en vervreemding van de dage.llijkse werkelijkheid.
Steeds weer of nog steeds hoor ik dezelfde niet onderbouwde retoriek over efficiëntie en slagkracht als het gaat om opschaling gemeenten. Ik daag D66 uit om referenda op lokaal niveau te organiseren over wat burgers vinden over het opschalen van gemeenten. Maar ook mijn eigen PvdA (Pans) en VVD (Jorritsma) zijn de ambities van bestuurders belangrijker dan de werkelijkheid van burgers.
In der tijd als wethouder heb ik me binnen de VNG hard gemaakt voor eerlijke vergelijking over de kwaliteit en tevredenheid van de dienstverlening binnen kleine en grote gemeenten.
Onze insteek is nog steeds bescheiden in de zin dat we grote steden niet willen dwingen zich op te splitsen in kernen van 20.000 inwoners waar samenwerken aan samenleven voor op staat. Als de Landelijke overheid echt vorm wil geven aan de ambitie van de WMO, CJG en arbeidsparticipatie dan is het organiseren van kleinschalige betrokkenheid van onderop het devies.
In ons artikel de kracht van de kleine gemeenten pleiten we voor de brainport regio voor een creatieve ontmoeting en samenwerking tussen stad en platteland op basis van waardering voor elkaars bijzondere kwaliteiten. Laatst vroeg ik aan een directeur van de Rabobank wat moet ik doen om aantrekkelijk te zijn, haar antwoord was geloven en uitdragen van je eigen kwaliteiten.
Op de een of andere manier zijn er steeds weer krachten die de maatschappelijke werkelijheid in de wind slaan, bliujven bestuurlijke ambities de pan uit rijzen, met als gevolg vervreemding en verbittering van de verweesden in de samenleving.
Marcel Wintels had het lef het bestuurlijk wangedrogt Amarantis te splitsen. ASML en Van Der Leegte boeken succesmet het concept van het organiseren in kleine zelfstandige eenheden verankerd in de gemeenschap. De PvdA boekte 8 jaar geleden een groot succes in de kempen op basis van een voor de burger herkenbaar kleine kernen beleid. Net zo goed als de succesvolle  tandem Samson/Spekman dreef op het herstellen van het contact met de maatschappelijke basis.
Kortom, wij geloven in de positieve krachten in de gemeenschap “van beheersen naar faciliteren en voorleven” dit kan alleen door aansluiting te vinden met de maatschappelijke basis. Weg met vervreemdende bestuurlijke ambitie en graaien, dit schaad het vertrouwen van de gemeenschap en is contra productief. Wij willen graag op basis van inhoudelijke argumenten de discussie aangaan over het schaalvolume van (gemeentelijke)organisaties, met als uitgangspunten menselijke betrokkenheid en efficiënt bestuur
http://rafdaenen.blogspot.nl/2012/11/decentralisaties.html
Raf Daenen en Willem Vermeulen

zaterdag 12 januari 2013

Het Grote Thuiszorgdebat op 4 februari 2013


Kom naar de actiebijeenkomst
Meld je aan voor grote thuiszorg debat 4 febr.
De regering is van plan vrijwel de hele thuiszorg af te breken. Wij kunnen en mogen dat niet accepteren. Daarom is een tegengeluid nodig! Op maandag 4 februari van 16.00 uur – 18.00 uur vindt er een grote bijeen-komst plaats met een debat waar alle politieke partijen aanwezig zijn. En daarbij mag jij niet ontbreken!
Het Grote Thuiszorgdebat vindt plaats in het Meeting District, Blokhoeve 2a te Nieuwegein. De routebeschrijving vind je op de website www.meetingdistrict.nl
Meld je aan voor deze bijeenkomst op de website www.strijdvoorthuiszorg.nl. Bussen worden geregeld!
Zorg dat je erbij bent, want het is nu of nooit!
Op 27 november 2012 kwamen al 700 collega-thuiszorgmedewerkers naar de eerste actiebijeenkomst in de Jaarbeurs in Utrecht. Op die dag is een actieplan gemaakt waarmee we de afbraak willen tegengaan. We hopen dat iedereen nu een of meer collega’s meeneemt, zodat we met nóg meer mensen aanwezig zijn.
Wat wil de regering?
De regering wil 1,1 miljard bezuinigen op de WMO thuiszorg. Een kwart van het huidige budget voor de thuiszorg blijft over voor de cliënten met lage inkomens. Alle andere cliënten moeten zelf maar een ‘schoonmaker’ betalen. Ja je leest het goed, het kabinet ziet thuiszorg als schoonmaakwerk.
Maar ook in de AWBZ thuiszorg gaan rake klappen vallen. Eerder werden de gemeenten al verantwoordelijk voor de thuiszorg in de WMO. Nu gaat dat ook voor de AWBZ thuiszorg gelden. En dat betekent weer marktwerking en concurrentie. In de WMO thuiszorg hebben we gezien dat dit leidt tot loondump en tot verlies aan kwaliteit. En daarnaast tot veel onzekerheid voor medewerker en cliënt.
Thuiszorg is geen schoonmaak, maar ZORG
Jij weet als geen ander dat thuiszorg veel en veel meer is dan schoonmaak. Thuiszorgers hebben een zeer belangrijke signalering- en zorgtaak. Daarom kan en mag het salaris ook niet minder zijn dan FWG 15. Door de thuiszorg houden mantelzorgers het langer vol, en kunnen ouderen en gehandicapten langer thuis wonen. Dat is toch wat onze ouderen en gehandicapten willen? Dat is toch wat familie en vrienden willen? Dat is toch wat Nederland wil? Thuiszorg is bovendien goedkoper dan zorg in een verzorging- of verpleeghuis. Als er bezuinigingen nodig zijn, haal het dan niet bij onze ouderen die het land hebben opgebouwd.
Daarom willen wij:  
Geen bezuinigingen op de thuiszorg
Geen ontduiking van de wet door constructies van gemeenten die ten koste gaan van de thuiszorgers (zoals alphaconstructies)
Beloning van minimaal FWG 15 in WMO thuiszorg
Want thuiszorg is zorg. Stop de afbraak, strijd voor thuiszorg!

Na de succesvolle bijeenkomst op 27 november, organiseren thuiszorgers met Abvakabo FNV een tweede actiebijeenkomst. Waarom? Omdat het werk dreigt te verdwijnen…. Dat zijn 58.000 banen!
De huishoudelijke zorg is noodzakelijk! Thuiszorgmedewerkers zijn de oren en ogen van de zorg. Kom op 4 februari naar de actiebijeenkomst en strijd mee in de strijd voor thuiszorg!

Schrijf je in op www.strijdvoorthuiszorg.nl
Vragen? Mail naar strijdvoorthuiszorg@abvakabo.nl

dinsdag 8 januari 2013

ZZP-ers, uitgeknepen als citroenen?

Niet de minsten komen in de problemen.

De ZZP-er moet het op eigen kracht zien te rooien. Dat is soms een weldoordachte keus, het kan ook een keus zijn die uit nood is geboren, zoals na ontslag, en soms is het een impuls, vanuit het aanlokkelijke beeld dat men snel veel geld kan verdienen. Vaak zijn het niet de minsten die de stap naar ZZP-er durven zetten. Het beeld is dat ZZP-ers,harde werkers zijn, dat het niet de middelmatigen zijn, maar de creatieven met lef.
Met de komst van de ZZP-ers is er in feite niets nieuws onder de zon. Vroeger sprak men van "kleine zelfstandigen".Veel van deze kleine zelfstandigen, vaak winkeliers of ambachtslieden zijn vanaf de zeventiger jaren van de vorige eeuw geruisloos verdwenen. Ze zijn zeer tegen hun zin vermalen door de concurrentie van grote bedrijven. De kleine zelfstandigen voelden zich in de kou gezet door een overheid die er niets aan deed om de moordende macht van grote organisaties tegen te gaan. Vrije marktwerking stond toen ook al hoog in het vaandel.
In tijden van arbeidsschaarste kan het aantrekkelijk en verleidelijk zijn om de stap naar ZZP-er te zetten. Er ligt dan werk voor het opscheppen. Zo is het nu voor verzorgenden en verplegenden financieel nog aantrekkelijk om als tweeverdienende ZZP-er de helft meer over te houden dan collega’s met een reguliere baan. Zeker wanneer je kunt meeliften met de sociale voorzieningen van je partner. Dan kan de verplegende net de stap naar een eigen woning wagen. In tijden van overaanbod aan arbeid of onderaanbod aan werk, zoals nu in de bouw of in het transport, worden mensen soms ZZP-er uit nood. Deze ZZP-ers worden uitgeknepen als citroenen. Zij mogen voor een lage vergoeding werk aannemen, want Polen of andere zelfstandigen uit het voormalige Oostblok werken tegen afbraakprijzen. Dus deze Europeanen krijgen de zwarte piet toegespeeld. Maar waar de schoen ook wringt is dat het in je eentje zwaar is om je zaken goed te regelen in een markt met veel aanbod en weinig vraag. Het uitvoerend werk dat men als ZZP-er verricht is slechts het halve werk. De ZZP-er moet ook zijn administratie bijhouden, netwerken, pr verzorgen, zich goed verzekeren, zijn eigen voorzieningen, belastingen en pensioen regelen. Dit vraagt tijd en deskundigheid. Als men als ZZP-er alle uren meerekent, dan werken velen inderdaad voor een hongerloontje.
Er is een groot verschil in soorten ZZP-ers. Zo zijn veel vrachtwagenchauffeurs en bouwvakkers noodgedwongen ZZP-er geworden omdat het bedrijf niet langer wil werken met vast personeel. Veel rijschoolhouders zijn van oudsher ZZP-er. Zij maken doorgaans lange dagen om aan een beetje fatsoenlijk inkomen te geraken. De concurrentie is groot. Daarentegen zijn hoog opgeleide ZZP-ers vaak begonnen omdat ze kansen zien in een speciale niche, waarin ze zich kunnen onderscheiden. Zij doen het vaak relatief goed, al neemt ook hier bij een overaanbod aan arbeidskrachten de concurrentie toe.
Speciale aandacht verdienen jongeren die ZZP-er worden omdat de banen zo schaars zijn. Zij moeten met weinig middelen proberen om hun plek in een soms al overvolle markt te vinden. Omdat ze nog weinig ervaring en een beperkt netwerk hebben, moeten ze veel tijd aan acquisitie en netwerken besteden, ze zijn hier doorgaans wel bedreven in. In die zin zoeken ze hun eigen weg, ze durven risico’s te nemen zoals leningen aangaan of zich niet goed verzekeren, en ze zijn bereid om tegen relatief lage tarieven te werken. Maar als hun plannen mislukken vallen zij in een diep gat omdat ze nog geen reserves of vangnet hebben kunnen opbouwen. Wanneer ze dan ook nog een studieschuld hebben is de ellende vaak niet meer te overzien. Toch menen jonge ZZP-ers dat ze zelf in staat moeten zijn om hun zaken te regelen, daar hebben ze geen vakorganisatie voor nodig. Vaak vinden ze een vakbond iets van de oude generaties.
Verstandige ZZP-ers organiseren zich thans steeds meer in werkverbanden en netwerken. Er zijn speciale ZZP-werkruimtes in verschillende steden, waar ZZP-ers elkaar kunnen ontmoeten, contacten kunnen leggen en van elkaars deskundigheid kunnen profiteren.
Kortom, de 1 miljoen ZZP-ers in verschillende soorten en rangen zijn een groep om rekening mee te houden. Het betreft een groep die behoefte heeft aan onderlinge solidariteit en rechtsbescherming om het hoofd enigszins boven water te houden. Zeker jonge ZZP-ers kunnen wegkwijnen in eenzaamheid. Terwijl juist deze groep een bijdrage kan leveren aan de flexibiliteit op de arbeidsmarkt. De politiek met de Minister van Sociale Zaken voorop zal hier op in moeten spelen. Maar ook is het belangrijk dat nieuwe vormen van organiseren vanuit de vakbonden aandacht krijgen, in het bijzonder voor de jonge zelfstandige ZZP-er. Voor deze groep geldt de al oude boodschap: samen sta je sterker dan alleen en het is wenselijk om samen een vuist te maken om de basis voor het werk als ZZP-er richting opdrachtgevers en overheid beter te regelen.

Raf Daenen
Willem Vermeulen